Voor het kwartaalblad VPWInfo.nl van de beroepsvereniging voor rk pastores, werd ik gevraagd een reflectie te schrijven over pastores en online communicatie. Ik doe in nr 2017/4 een pleidooi dat pastores meer ipad-competenties moeten krijgen. Ipad staat voor Ik, Platform, Aandacht en Doelgroep.
Ik ook. Die twee simpele woorden voorafgegaan door een hekje liet de enorme kracht van sociale media zien. Door de hashtag #metoo – razendsnel verspreid over de hele wereld, in alle talen, over alle generaties – werd vanuit het niets aandacht gevraagd voor seksueel ongewenst gedrag, variërend van ongewenste aanrakingen tot verkrachtingen. Gedeeld op websites, in blogs, in video’s, op sociale mediaplatformen als Facebook, Twitter en Instagram, en nadien in de krant en op radio en televisie. Een enorme vloedgolf van woorden en beelden overspoelde het internet en hield de maatschappij enorm bezig.
Indien ik iets van overtuiging wil overbrengen over het belang van online communicatie voor geestelijke verzorgers, kan ik hier het schrijven al stoppen. De slechts zes tekens uit de vorige alinea zeggen genoeg. De vraag is daarom niet of, maar hoe pastoraal werkenden online communicatie kunnen gebruiken in hun werk.
Een nieuwe aarde met hashtagvirussen en insta-tsunami’s
#metoo laat vele aspecten zien van online communicatie. De hashtag werkt als een tsunami, dat zich met verwoestende krachten en duizelingwekkende snelheid ontwikkelt. Real-time spreken miljoenen mensen met elkaar dankzij glasvezelkabels en satellietverbindingen. Reputaties en imago’s van personen, organisaties en zelfs landen kunnen in een split second aan diggelen worden geslagen. Of je nu Harvey Weinstein, Kevin Spacey of Dustin Hofmann heet.
#metoo werkt daarbij viraal. Van de ene uiting vliegt het naar de andere uiting, mensen worden aangestoken mee te doen en zich te uiten. Online raken mensen besmet met een hashtag-virus. Ruw, direct, zonder context en uiterst democratisch en herkenbaar.
De tsunami voltrekt zich in volledige openheid. Een mens wordt weer naakt in het aanschijn van de instagram selfie. Niemand ontsnapt aan die digitale kwetsbaarheid. Ik kan mij voorstellen dat zo’n digitale tsunami terughoudendheid oproept. Wacht nog even om dammen op te werpen.
De disruptieve krachten zijn immers niet de enige beelden die #metoo oproept. Mensen voelen zich online niet alleen verbonden met elkaar, ze zijn aan elkaar verbonden. Mensen leven mee met slachtoffers. Ze bieden hulp aan. Ze zijn een luisterend oor. Met alle emoties van dien: mensen zijn boos op daders. Mensen zijn verdrietig om wat slachtoffers is aangedaan. Mensen zijn soms radeloos waar het heen moet met de wereld vol sekspredatoren. Weer anderen wijzen op het gevaar van geruchtenstromen en ‘trial by media’.
#metoo brak een dam door voor slachtoffers van ongewenste seksuele intimidatie. Hoe bijzonder is het dat mensen na decennia durven uit te komen voor wat hen is overkomen. Online communicatie maakt onderwerpen transparant, is agendasetting en werkt bevrijdend. Democratie is enorm bereikbaar en grootschalig zichtbaar.
Wat kun je daar als geestelijk verzorger mee?
Deze editie van VPWInfo.nl geeft voorbeelden uit de praktijk. Voorbeelden die zowel praktisch als inspirerend zijn. Wieke Veenstra benadrukt dat competenties als empathie en onvoorwaardelijke acceptatie juist in online context belangrijker worden. Schriftelijke uitingen bekrachtigen daarbij volgens haar een mondelinge uiting. Het schrift is soms krachtiger dan het gesproken woord. Dat laat de democratisering van digitale emoties goed zien.
Marieke Drent beschrijft verderop hoe haar werk ‘zichtbaar zonder grenzen’ is. De mogelijkheden zijn inderdaad grenzeloos omdat contacten drempels wegneemt zolang je maar zichtbaar bent. In VPWInfo.nl van juli 2011 heb ik dat uitgewerkt vanuit het concept ‘digitale presentie’ dat aansluit bij de presentietheorie van Andries Baart: door beschouwend, luisterend en actief aanwezig te zijn, versterk je je professionele hulp, en kun je digitale werken van barmhartigheid in de praktijk brengen.
Bij grenzen horen witte plekken en internetpionier Fred Omvlee laat zien hoe een eenvoudig idee, een kerkdienst voor LinkedIn-contacten, televisie-aandacht verdient. Digitale jezuïet Nicolaas Sintobin waarschuwt dat contact niet alleen in het digitale domein mag (of kan) blijven. Het wezen van het christendom, de incarnatie, vraagt dat digitale ontmoeting een vertaling wilt naar fysieke ontmoeting en de fysieke ruimte. Het succes achter het digitale bezinningsaanbod van de jezuïeten laat dat zien. Het medialeven speelt zich niet alleen online af. En had dat overigens nooit gedaan.
Opkomst van blended pastoraat
Niet te vaak kan ik benadrukken dat pastoraal werkenden zich moeten vergewissen van de context, dynamiek, werking, mogelijkheden én beperkingen van marketingcommunicatie.
Een e-mailtje beantwoorden is niet voldoende. Een tweet of een facebookadvertentie plaatsen evenmin. Naast het concept digitale presentie wil ik daarom op deze plaats stilstaan bij blended pastoraat.
Blended pastoraat is voor mij de passende mix tussen face-to-face en online pastoraatswerk vanuit een duidelijke visie. Het begint altijd bij het zichtbaar worden van de typische pastoraatsvraag. #metoo laat enorme kansen zien. Enerzijds zien we agendasetting en staat het thema van ongewenst seksueel gedrag op de kaart. Er is een beweging op gang gebracht. Onder invloed daarvan zal de vraag naar geestelijke ondersteuning kunnen toenemen. Hoeveel extra hulpvragen zouden zijn binnengekomen bij pastores? Indien weinig, geeft dat mogelijk de urgentie aan om online marketingcommunicatie te intensiveren.
Ik blijf bij het actuele voorbeeld van #metoo. Een slachtoffer die nu zijn of haar hulpvraag formuleert, zal wegen bewandelen om hulp te zoeken. Online marketing spreekt dan wat plastisch over een ‘klantreis’. Dit is de ‘reis’ die een potentiële afnemer onderneemt van vraag naar het aanbod in de hoop een probleem op te lossen of een behoefte te vervullen.
Hij of zij kan gaan googelen op woorden als ‘hulp bij seksuele intimidatie’, ‘ik ben verkracht’, ‘hulp bij aanranding’ of dergelijke. Hij kan ook in zijn netwerk vragen om hulpcontacten. Via LinkedIn, via Twitter, via bestaande hulporganisaties, dichtbij huis of juist verder weg en anoniem. Ook kan iemand worden getriggerd door een radiospotje of een interview in een krant met een deskundige.
Het is voor een geestelijk verzorger zaak om op de plekken waar de zoektocht van de hulpzoeker start, zich duidelijk te roeren. Door te reageren om mensen die de hashtag gebruiken. Door te bloggen over het onderwerp. Door de in de media te komen. En vooral door vriendelijk, benaderbaar en empathisch te zijn.
Afhankelijk van de vraag, de wens van de hulpvrager en het aanbod en houding van de pw’er zal blended pastoraat dominant fysiek, dominant online of een wisselwerking daartussen zijn. De passende mix ontstaat tussen in het contact tussen de vrager en aanbieder. Daarom volstaat het niet door je alleen te zeggen dat e-pastoraat de weg is, net zomin als alleen fysieke ontmoetingen de oplossing zijn. Zoals iedereen tegelijkertijd online en offline actief is, zo zal het pastoraatswerk zich ook ontwikkelen.
Marketing en media-ervaring heeft daarom hoge prioriteit, mits christelijke pepers vanuit de eigen traditie mensen bij wil staan. Je kunt nog zo goed zijn in je werk, als je niet digitaal present bent, bereiken nieuwe hulpvragen jou niet.
Beroepsprofiel pastores aanpassen
Marketingsucces en media-ervaring opbouwen is een langdurig relationeel proces. Het vraagt veel van de communicatieve competenties zoals die in het beroepsprofiel van pastores zijn benoemd. In het beroepsprofiel wordt vooral de communicatieve houding van pastores beschreven, zoals de LSD-methode (luisteren, samenvatten, doorvragen). Dat zijn vooral mondelinge vaardigheden. Online communicatie competenties ontbreken echter, en dat bevreemdt. Ik zie dat graag veranderen.
iPad competenties voor pastores
Gelukkig staan enkele belangrijke competenties op de iPad:
- Ik
In een wereld van selfies is de ‘ik-persoon’ de protagonist. Dat geldt in zekere mate ook voor de pw’er. Specialiseer je daarom als deskundige. Door het enorme aanbod ligt specialisatie voor de hand. Een pw’er gespecialiseerd in seksueel misbruik zal sneller worden gevonden en benaderd dan een pw’er die zich presenteert als luisterend oor voor mensen met problemen. Denk dus na over je (online) profiel, en denk na op welke mediaplekken je pastorant in aanraking wordt met jouw aanbod. Denk na over je onderscheidend vermogen en welke vragen er spelen. Zou computerverslaving, sexting of andere nieuwe pastoraatsonderwerpen tot de mogelijkheden horen? - Platform
Gebruik de media die de hulpvrager gebruikt. Ieder platform heeft zijn eigen gebruikers. Wil je je mensen helpen die gameverslaafd zijn, zoek dan op waar die mensen zitten, en welke media ze consumeren. In combinatie met je specialisatie is er een grotere kans dat je je werk kunt doen. Daarvoor is het nodig dat een pastor specifieke ICT-competenties ontwikkeld. Bijvoorbeeld het reflecteren op, het passend gebruik maken van, en het participeren in de dynamiek van sociale mediaplatformen en media-gebruik van zichzelf en de doelgroep. - Aanwezig
Kom in het nieuws, wees present. Wees niet mediaschuw. Media zijn het middel (kijk maar naar Fred Omvlee) om mensen te bereiken.
Dat hoef je niet al te commercieel te interpreteren. Neem de opkomst van iemand als Beatrice de Graaf. Zij groeide uit tot de christelijke expert op het gebied van (de bestrijding van) terrorisme. Haar persoonlijke gereedschapskist: een uitstekende dossierkennis, toegankelijk en niet mediaschuw, trots op haar christelijk wereldbeeld, en aandacht voor haar presentatie. Om dat te kunnen is mediatraining nodig, zeker bij categoriaal pastoraat. - Doelgroep
Wil je aansluiting vinden bij de hulpvrager, zorg dan bijvoorbeeld dat je via Google vindbaar bent. Daarvoor is inzicht nodig welke zoekwoorden de doelgroep gebruikt. Het woord pastoraat is alleen in een zeer specifieke kring een bekend woord. Aanpassen van het vocabulaire is nodig en gaat niet ten koste van de professionaliteit (integendeel!).
Je competentie-iPad betekent dat pastoraal werkende verder toegerust en ondersteund worden om blended pastoraat in de praktijk te brengen. Het helpt om het pastoraatswerk een vertaalslag te geven naar een fysiek en digitale component. Blended pastoraat verdient een volwaardige plaats krijgen in het werkveld. Naast pastorale ervaring is (marketing)communicatieve vaardigheden een must voor iedereen, en niet voor enkelen.