Mijn oud-collega Huibert Crijns (Koninklijke Bibliotheek) heeft een geweldige spionagethriller gemaakt, beschikbaar als podcast op Spotify en de website van de KB. Het gaat over het Venlo-incident. Op 9 november 1939 rijden vier mannen – drie spionnen en hun chauffeur Jan Lemmens – naar de Limburgse stad om met leden van het Duitse verzet te praten over een aanslag op Adolf Hitler. Maar het is een val, opgezet door de Sicherheitsdienst en is de legitimatie van Hitler om Nederland binnen te vallen. De Nederlandse luitenant Dirk Klop wordt bij Cafe Backus in Venlo, een stukje niemandsland tussen Nederland en Duitsland, omgebracht en de twee Britse spionnen Sigismund (‘Ziggy’) Payne Best en majoor Richard Henry Stevens worden gevangen genomen. 

Huibert Crijns, collectiespecialist en historicus, verdiept zich met programmamaker Paul Ruijrok in het incident. Zij volgen een spoor van misleiding, nepnieuws en ophef. Een geweldige podcastserie, die ik graag aanbeveel. 

Het bronnenmateriaal komt onder meer uit Delpher, de enorme historische kranten- en tijdschriftenverzameling. Een bron van jewelste die ik vaak gebruik om feiten te vinden en te checken tijdens mijn lange-afstandswandelingen. In de video hieronder legt Huib uit hoe je Delpher kunt gebruiken. Daaronder vertel ik over de Haagse Binckhorststraat en chauffeur en garagehouder Jan Lemmens.

Jan Lemmens, de Haagse chauffeur uit de Binckhorststraat

In aflevering 4 ‘De oorlogsverklaring’ wordt de chauffeur van de drie spionnen besproken, Jan Lemmers. In de spionagethriller speelt hij geen grote rol. Maar, zo zegt Paul Ruijgrok, het is wel een man die overal bij was, en overal bij kon. “Wat hem interessant maakt is dat hij de na oorlog een verklaring aflegt en niet op het minste podium. Hij is gehoord tijdens de processen in Neurenberg.”

De KB weet het getuigenverslag op te sporen bij een Amerikaanse universiteit.
Paul: “Het eerste dat we vinden is niet heel belangrijk, maar wel curieus.” Waarop Huib antwoordt: “Zijn adres Binckhorststraat. Dat is trouwens grappig, die Binckhorststraat die bestaat niet meer. Die is getroffen tijdens het bombardement op het Bezuidenhout in ’45. Maar dat is nu de plek waar dit gebouw staat.
Paul: “We zitten hier in de KB op de tweede verdieping, dus zo ongeveer boven de voormalige garage van Lemmens. Lemmens en Payne Best gaan ver terug. Hij vertelt dat hij al vijftien jaren voor Payne Best rijdt, dus al halverwege de jaren twintig.”

Stop.

Voor het verhaal is dit inderdaad een wonderlijk feit. De onderzoekers zijn in het gebouw van de KB dat zo ongeveer boven de garage van Lemmens staat? Wow! Dit triggert mij.

Waar liep die Binckhorststraat precies? Stond de garage van Jan Lemmens, chauffeur van de Britse spion Payne Best, inderdaad op de plek waar nu de KB staat? In welke mate is De Binckhorststraat getroffen tijdens het Haagse vergissingsbombardement van 3 maart 1945? En wat is er eigenlijk met Jan Lemmens gebeurd?

Ik besluit te gaan zoeken. Als eerste bekijk ik Toporeis en vergelijk de plattegrond van 2022 met die van 1945. In het geel gearceerd zie je de huidige locatie van de KB. Rechts, helaas zonder straatnamen, hetzelfde gebied, iets groter, in 1945 in het blauw.

Welke straten zijn dit is mijn volgende vraag. Een plattegrond van Den Haag uit 1897 laat de eerste uitbreiding van het Bezuidenhout zien. Van onder naar boven zie je de Schenkstraat, Binckhorststraat, Ternootstraat, Francois Valentijdstraat, Jan van Riebeeckstraat, Cornelis Speelmanstraat.

Net daarboven ligt de Pieter Bothstraat en er haaks op de Daendelstraat en J.P. Coenstraat.

Het KB-gebouw staat dus niet op de voormalige garage van Lemmens, maar eerder ter hoogte van de Pieter Bothstraa (klik op de plattegrond voor een vergroting).

Het KB-gebouw is veel later gebouwd (1981, opening in 1982).

Het gebiedje rond de KB was ook niet gebombardeerd c.q. zo zwaar getroffen dan er niets meer van de huizen over was na 3 maart 1945. Dat laat de ‘Situatie teekening van het Bezuidenhoutkwartier na het luchtbombardement van 3 maart 1945’ zien. Hieronder een uitsnede uit de beeldcollectie van het Haags Gemeentearchief. In het groen zijn lichtbeschadigde huizen, rood door brand verwoest en blauw onherstelbaar beschadigd. De Binckhorststraat is licht getroffen (groen), net als de verdwenen straten waar nu de KB staat.

De garage van Lemmens zou staat op nr 84 of 88.  In het Bezuidenhout, en elders in de stad, zijn nog steeds vrij veel van deze kleinschalige garages te vinden. Hiernaast een foto uit 1967, toen Rein van de Berg op nr 74-76 een autospuiterij en plaatwerkerij in het pand had.

 

Op de website ‘Geheugen van Bezuidenhout‘ is vermeld dat op nr. 78 vanaf 1927 diverse garagehouders zijn gevestigd: eerste A. van Oostrum (< 1927 -1930 of later ), dan Jan Lemmens (1938-ca. 1950) en garagebedrijf H.W. Muller (1945); Van Oostrum was gevestigd op de nummers 79-92. Pas in de jaren ’70 worden de huizen gesloopt en vervangen door nieuwe woningen in het nieuwe wijkje Bezuidenhout-West.

Jan Lemmens: chauffeur tijdens het incident, of toch niet?

Wat is er van Jan Lemmens gekomen? In ongeveer dezelfde tijd als de Binckhorststraat verdwijnt, staat Jan Lemmens – de vierde man in het Venlo-incident –  twee keer in de krant over het incident. In Tubantia (17 juli 1973) staat dat Lemmens na de oorlog zijn garagebedrijf weer wilde voorzetten, “maar de belastingen braken hem de nek. Hij verkocht de goodwill van zijn bedrijf voor 14.000 gulden, moest daarvan 3000 gulden als sleutelgeld aan de huiseigenaar afstaan en trok met vrouw en kinderen naar Nieuw-Zeeland toen de Hoge Raad zijn eis om die 2000 gulden terug te krijgen van de huiseigenaar afwees. Berooid kwam hij in Wellington aan, werkte er als havenarbeider, verloor en er zijn vrouw, hertrouwde er met zijn tegenwoordige, uit Haarlem afkomstige en ook geëmigreerde vrouw en scharrelde er langzaam boven op.”

In een uitgebreid artikel in het Limburgsch Dagblad van 18 juli 1973 vertelt  Lemmens over het incident.

“Ik was wel de vaste chauffeur van meneer Best, maar dat kwam omdat hij zijn auto, een Lincoln Sephy, altijd stalde in mijn garagebedrijf aan de Binckhorststraat in Den Haag.” Curieus: Lemmens reed tot aan Den Bosch, daarna reed Best: “Nadat zij op de negende november in Den Bosch geluncht hadden, nam Best het stuur over en reed de wagen naar Venlo.

“Als ik toen maar achter het stuur had gezeten,” aldus Jan Lemmens, “had ik de wagen in z’n achteruit gegooid toen de Duitsers er aankwamen. Want ik rook narigheid toen ik zag dat de grensbomen omhoog stonden. Die waren de beide vorige dagen neergeklapt geweest. Best reed de auto tot bij ehet café. Klopt stapte uit. Ik zag Schellenberg, die wij als Hauptmann Schlemmel kenden, zijn armen opheffen en toen stormde die overvalwagen al schietend op ons af.”

Het Venlo-incident blijft een curieus verhaal met opmerkelijke details.