Tijden van bezuinigingen zijn de beste momenten voor innovaties. Zo ook in de katholieke kerk, waar communicatie-afdelingen inkrimpen of verdwijnen. Een adaptief communicatienetwerk is het Nieuwe Communiceren: het helpt de kerk van morgen sterker te maken.

Met de krimp (en zelfs verdwijnen) van diocesane communicatie-afdelingen, alsook de afname van kwaliteit van sommige bestaande katholieke media wordt het steeds belangrijker na te denken hoe je effectief het geloof kunt communiceren.

Communicatie behoort immers tot de kerntaak van het geloof. Of, zoals mediapriester Roderick Vonhögen dit voorjaar zei in de Elsevier-special ‘Katholiek’: ‘Alleen communicatie kan de kerk redden’. Vonhögen zegt in zijn artikel dat de kerk de strategie van Google moet volgen en dat de kerk moet investeren in ‘search engine optimization’ (SEO).

Deels heeft hij gelijk. Als je niet via Google gevonden wordt, besta je niet. De kerk moet naast SEO ook aan social media management doen. Mensen zoeken steeds vaker via sociale netwerken in plaats van zoekmachines. In een hoekige vergelijking staat Google voor data en Facebook voor mensen. Jezus bekommerde zich niet om data en wel om de mens en de opbouw van gemeenschappen.

Los daarvan. Het kernwoord is engagement. Daardoor groeide Jezus’ community van enkele zeer naaste vrienden naar 12 apostelen naar 70 volgers naar 700 volgers. Paulus bemoedigde de groeiende geloofsgemeenschappen en verkondigde het Woord op de Areopagus. De gebruikelijke communicatievormen van die tijd werden gebruikt: debattechnieken en brieven bijvoorbeeld. Communicatie om de communiteit te versterken en uit te breiden.

Ik verwacht niet dat het idee dat ik hier neerleg zo 1-2-3 haalbaar is. Daarvoor is de situatie zeer complex. De waan van de dag regeert, er is op dit moment onderlinge kritiek en wantrouwen, er is sprake van een sterke eilandjescultuur en de kracht van sociale media wordt nog niet ten volle benut. De organisaties, instituties of initiatieven die er zijn, kennen elkaar maar kennis delen en ondersteuning op katholieke communicatie gebeurt mondjesmaat.

Dat neemt niet weg dat het goed is te doordenken hoe de kerk van morgen communiceert. Een belangrijke factor om communicatie te innoveren en te versterken is dat er een ‘sense of urgency’ nodig is. Het is van belang dat er bestuurlijk vermogen wordt gegenereerd om Het Nieuwe Communiceren mogelijk te maken.
Adaptieve netwerken
Dit kan via adaptieve netwerken. Dit zijn volgens Geert Teisman (2005) groepen mensen uit verschillende organisaties die beslissen hoe ze samen innovatiemogelijkheden vinden ten opzichte van hiërarchische systemen. In die zin is het een sociaal subsysteem in de kerk, binnen de kaders van de hiërarchie, dat zoekt naar communicatie-oplossingen, versterking, kennisuitwisseling en groei. Adaptieve netwerken hebben, aldus Sibout Nooteboom, de X-factor. Ze zijn niet alleen sexy, ze werken in de praktijk zeer goed.

Een adaptief netwerk zoekt naar mogelijkheden waar iedere individuele organisatie niet aan had gedacht. Daarvoor is aanpassingsvermogen nodig aan het netwerk. Dat is een opgave, maar je krijgt er veel voor terug.

Een voorbeeld van een adaptief netwerk is als bedrijven en organisaties samen duurzame energieproducten ontwikkelen. Informeel en professioneel kunnen vertegenwoordigers van stakeholders als overheid, energiebedrijven en universiteiten werken aan passende oplossingen, die de individuele organisatie nooit zelf had kunnen bereiken.

Een katholiek adaptief communicatienetwerk lijkt me wel wat. Zo’n netwerk bestaat uit professionals van initiatieven die zich bezig houden met rituele en spirituele communicatie (voorbeeld: Dominicanen.nl, kloosters), maatschappelijke communicatie (voorbeeld: VKMO), morele communicatie (voorbeeld: Katholiek Nieuwsblad), interreligieuze communicatie (voorbeeld: KRI, CID), corporate communicatie (bisdommen, SRKK), pastorale en diaconale communicatie (voorbeeld: School of Catholic Theology) of een combinatie van deze (voorbeeld: Katholiek.nl, omroep RKK).

Op bestuurlijk niveau werkt een adaptief communicatienetwerk aan een gezamenlijke strategische visie op algemene katholieke communicatie, het stimuleren van engagement en reputatiemanagement. Het gaat om de vraag wat je communiceert en hoe je de kerk positioneert. Een voorbeeld van een uitwerking is een positionering van een kerk als ‘spiegel van Gods vriendelijkheid’, zoals Hemels dat eens formuleerde. Idealiter is dat een gezamenlijke visie die recht doet aan het gezamenlijk belang én de eigen positie in de kerk.

De omgeving van de kerk geeft daarbij zeer veel factoren die daarbij een rol spelen. Iedere organisatie is afhankelijk van zijn omgeving. Een kerk dus ook. De recessie, het seksueel misbruik, de politieke veranderingen en het individualisme zijn onderwerpen die de kerk kan gebruiken om meerwaarde aan de samenleving te geven. De onderwerpen geven aan het adaptieve netwerk de uitdaging hierop antwoorden te formuleren en te delen met elkaar.

Daarbij is krachtenbundeling en empowerment van de ‘denkers van de kerk’ zinvol, zoals bijvoorbeeld bisschoppen, theologen, communicatieprofessionals, spin doctors, reputatiemanagers, social mediastrategen en marketingcommunicatiespecialisten uit de genoemde initiatieven.

Op instrumenteel niveau (‘de doeners in de kerk’) gaat het bijvoorbeeld om het versterken van parochiebladenservices of huisstijlontwikkeling, de verdere ontwikkeling van massamedia als krant, radio en televisie tot en met het inzetten van nieuwste media zoals conversatie- of distributiekanalen als Twitter, Facebook, podcasts of streaming video.

Op organisatieniveau is het nodig om een geëngageerd netwerk te faciliteren en te stimuleren, zodat engagement naar elkaar en naar buiten toe kan worden bevorderd. Rechtdoen aan ieders eigen vorm van communicatie en belang, kan het netwerk elkaar bemoedigen en versterken door verwijzingen, ad hoc samenwerkingsverbanden of door het vormen van strategische allianties.

Kortom, een katholiek adaptief communicatienetwerk is Het Nieuwe Communiceren voor de kerk. Het kan helpen over de eigen schaduw heen te springen en structureel te werken aan een positief katholiek geluid. Zo’n netwerk kan werken als het gist in het deeg: broodnodig om een goed resultaat te behalen.

Wil je meer weten over kerk en communicatie, neem dan contact met op ons zodat we je kunnen helpen.